Gepekelde citroenen

Bereidingswijze

Dunne reepjes van deze gepekelde citroenen smaken heerlijk als garnituur bij van alles en nog wat, van yoghurtsaus tot gegrilde vis of lamsvlees. Gedurende de periode dat de smaken intrekken moet je de potten regelmatig omschudden, maar echt, het is de moeite
waard!

Borstel de citroenen schoon en snijd ze in 4 parten, maar zorg ervoor dat je ze niet helemaal doorsnijdt. Bestrooi de snijvlakken met wat van het zeezout en stop ze in laagjes in een goed afsluitbare, brandschone pot.

Bestrooi ze met de rest van het zeezout en druk de citroenen aan zodat het vocht eruit loopt. Als het vocht niet al het vruchtvlees bedekt, kun je extra citroensap toevoegen.

Sluit de pot en laat de citroenen een maand op kamertemperatuur of iets koeler intrekken (16 tot 20 °C). Schud de pot elke dag even om, zodat het zout oplost.

Na een maand zijn de citroenen klaar voor gebruik. Bewaar ze dan in de koelkast. Als je ze wilt gebruiken, moet je het vruchtvlees wegsnijden, de citroenen onder stromend water afspoelen en in dunne reepjes snijden. Ze blijven in de koelkast een jaar goed.